weer-eens-wat-anders-stoof

We kennen stifado, jachtschotel, Vlaamse rundvleesstoof, hachee, stoofschotel met speculaas en zo meer. Allemaal redelijk bekende stoofschotels. Nu zijn de kinderen erg ‘in to Amerika’. Dus een weer-eens-wat-anders-stoof wat populair is in Amerika bij wokrestaurants. Of wokrestaurants in Nederland het op hun menukaart hebben, weet ik nog niet.

Ingrediënten
750 gr doorregen runderlappen; rijstolie, 1 rode paprika, bloem, 2 tl paprikapoeder, 1 bolletje soloknoflook, 175 ml lichte sojasaus, 125 gr donkere basterdsuiker, 1 el sesamolie, 2 el zoete chilisaus, 1 tl gemalen gember, 2 wortels, wat arrowroot.

Aan de slag: weer-eens-wat-anders-stoof

Het gerecht gaat zo’n acht uur in de slowcooker, dus ik begin op tijd. Eerst de honden uit hun bench, naar buiten en eten geven. Zij klauteren voldaan op de bank om verder te slapen. Nu echt aan de slag.

De runderlappen worden in dunne reepjes gesneden. Hier was ik op voorbereid, dus de messen scherp geslepen. De reepjes rundvlees in een grote kom met de bloem. Even flink doorroeren zodat al het vlees ‘bestoven’ is. Solo-knoflook is erg favoriet bij ons, dus een bolletje klein gesnipperd. De wortels mogen in kleine blokjes en ook in de wacht. Ook de paprika ondergaat hetzelfde lot. De voorbereidingen zijn getroffen en kan de pan op het vuur.

Een guts rijstolie in een grote pan. Ik gebruik altijd de soeppan. Maar om in stijl te blijven zal een wok meer aan de orde zijn. Maar ja, de soeppan dus. Als de olie heet is bak ik de knoflook glazig. Dan het stoofvlees lichtbruin aanbraden. Het begint al wat te ruiken in huis, dus wordt er geroepen ‘de afzuiger aan!’

Eenmaal wat bruin aangebraden gaat het vlees in de slowcooker met de rest van de ingrediënten. Het is zaak om het geheel flink om te scheppen of te roeren. Dan de slowcooker instellen op Laag voor acht uur. Als de acht uur voorbij zijn zal -indien nodig- wat arrowroot voor de gewenste gebondenheid.

(Omdat acht uur met de afzuiger aan best wel lang is, zetten we de slowcooker bij droog weer buiten. Dat scheelt geluid en elektra, maar ook missen we de heerlijke geur van deze stoof. Dus af en toe het terras op voor de geur.)

Uitgebreide groentensoep

Zondag is soepdag bij ons. Met dank aan de JongWijs Fiets. Maar die rijdt niet meer, dus maken we zelf onze soepen. We zoeken smakelijke recepten, combineren, zetten het naar onze smaak en hand. Of we maken het ons makkelijk met een basisrecept voor eender welke soep. Dit keer een recept aangepast aan de slowcooker. Deze soep is bijna zo medicinaal als de kippensoep tegen griep.

De gewichten van de ingrediënten zijn bij benadering.

Ingrediënten:
600 gr schenkel, 500 gr runderpoulet, 300 gr gehakt, 350 gr winterwortel, 1/2 knolselderij, 3 uien, 300 gr prei, 15 gr selderij, 2 bolletjes soloknoflook, vermicelli en water.

Eerst wordt alles wat geschild moet worden geschild. De bouillon wordt als eerste gemaakt. Daarvoor wordt de helft van de groenten grof gesneden. De resterende groenten kunnen nog even in een afgesloten bak in de koelkast.

De schenkels gaan in de slowcooker. De runderpoulet kan even aangebraden worden. Daarna de groenten bij voegen om ook kort te bakken. Dit eenmaal gedaan dan kan het geheel in de slowcooker. Zoveel water toevoegen dat de inhoud van de slowcooker net onder water staat. De slowcooker voor vier uur op Hoog.

Inmiddels kunnen de overgebleven groenten iets fijner gesneden worden. De gehaktballetjes kunnen  al gedraaid worden. Aan het gehakt wordt niets toegevoegd. Er komt al genoeg smaak in de soep. 

Na vier uur is de bouillon klaar. De inhoud van de slowcooker gaat in het vergiet. Vergeet niet een grote pan onder het vergiet te zetten, anders verdwijnt de bouillon in de afvoer. De schenkels worden ontdaan van het vlees. Denk aan de vingers, de schenkels zijn heet! Dit gaat samen met de runderpoulet terug in de bouillon. De groenten zijn dood gekookt en kunnen in de kliko

De groenten uit de koelkast en fijner gesneden even aanbakken in een pan voor meer smaak. Daarna toevoegen aan de bouillon in de slowcooker. Deze kan nu voor vier uur op Laag. Na drie uur kunnen de soepballetjes in de pan om nog een uurtje te garen. Zijn ook deze vier uren voorbij dan is de klus geklaard en de groentensoep gereed.

Uitgebreide groentensoep

Paddenstoelensoep

paddenstoelensoep

Ingrediënten
2 uien, 2 bolletjes soloknoflook, 450 gram gemengde paddenstoelen, 2 el mascarpone, 1 liter bouillon, paar takjes tijm, roomboter.

Voorbereiding; Schil de uien en knoflook en snipper deze. Boen de paddenstoelen schoon en snijd deze in niet te kleine stukjes. Ontdoe de tijm van het steeltje door de blaadjes er van af te ritsen. Maak in een pan iets meer dan een liter bouillon. Wij gebruiken de bouillonpoeder van **. Eén tl op een liter water.

De paddenstoelensoep maken
Voeg nu de warme bouillon en twee eetlepels mascarpone bij de paddenstoelen en roer dit goed door elkaar. Breng de soep aan de kook en laat deze zo om en nabij 40 minuten zachtjes pruttelen. De pan kan van het vuur en de soep glad gepureerd.

De soep kan met zout en peper op smaak worden gemaakt. De gebakken paddenstoelen door de soep roeren en opdienen. Eenmaal in de soepkom of op het bord desgewenst garneren een theelepel mascarpone of wat verse tijm.

Pittige linzensoep

Het komt nogal eens voor dat we de vraag krijgen of het een teentje of een hele bol knoflook gebruiken. We gebruiken bolletjes solo knoflook, dus het aantal bolletjes wat het recept aangeeft. We gebruiken geen blikjes tomatenpuree, maar ‘concentrato di pomodori’ van het merk la Bio Idea. In dit recept gebruiken we dan drie eetlepels.

We gebruiken in dit recept berglinzen. Berglinzen zijn rode linzen maar dan met het velletje er nog op. Deze linzenvariant blijft stevig bij het klaarmaken. Het recept kan heel goed gemaakt worden met wortel. Wij kiezen voor zoete aardappel vanwege een allergie bij één gezinslid.
Ik maakte de linzensoep dit keer in de soeppan op het gas. Om deze soep in de slowcooker te maken dient voor de slowcookertijd vier tot zes uur op Laag genomen te worden.

Ingrediënten
2 middelgrote aardappelen, 2 middelgrote zoete aardappelen, 180 gram gedroogde berglinzen, 2 uien, 2 bollen soloknoflook, 1 tl groentebouillonpoeder, 3 tl paprikapoeder, 1/2 tl chilipoeder, 3 tl komijnzaad (al dan niet gemalen), 1 blikje tomatenpuree, 300 gram gehakt, 1 liter water, een scheut rijstolie.

Is het nu ‘aardappels’ of ‘aardappelen’? Ach, het zal wel. De aardappelen en zoete aardappelen worden geschild en in stukjes gesneden. Even afspoelen en in een pan met water zetten. De linzen goed afspoelen in een zeef. Want eerst moet van het gehakt soepballetjes gedraaid worden. In onze situatie ongeveer een stuk of dertig. Een pan met iets meer dan een liter water aan de kook brengen, de bouillonpoeder er door heen roeren en de soepballetjes toevoegen. Op een laag vuurtje zo’n tien minuten laten garen. Na die tien minuten haal ik de soepballetjes uit de bouillon en bewaar deze in een bakje.

De uien en knoflook pellen ( de uien ontdoe ik altijd van de eerste rok na de schil, want die is meestal taai) en fijn snipperen. In een ruime soeppan een scheut rijstolie -mag best een ruime scheut zijn- en verhitten op een middelhoog vuur. Eenmaal goed heet kunnen de knoflook- en uisnippers in de pan om glazig te bakken. Ik kies er voor om de paprikapoeder even mee te bakken. De bouillon voeg ik bij de glazige ui/knoflook/paprika samen met de aardappel/zoete aardappel en gedroogde linzen. Het vuur kan nu laag en de soep zo’n 40 minuten laten pruttelen.

Na een minuut of 30 kan in een steelpannetje het komijnzaad op laag vuur geroosterd worden (dus géén boter of olie toevoegen). Begint het komijnzaad te ruiken, dan de tomatenpuree toevoegen voor een paar minuten. Wel constant blijven roeren.
Het geheel kan nu bij de soep gevoegd worden en even flink doorgeroerd.

Zodra de kookwekker aangeeft dat de 40 minuten om zijn kan de soep gepureerd worden. Wat langer voor een gladdere linzensoep, wat korter naar believen. Nog even de soepballetjes in de soep en goed doorwarmen. Na het opdienen kan naar believen wat verse peterselie en/of een schep yoghurt in de soep.

Pittige linzensoep

Paprika-tomatensoep of tomaten-paprikasoep

We kopen onze ingrediënten zoveel mogelijk lokaal. Bij de groenteboer, een zorgtuinderij, markt, natuurslager, visboer en boeren in onze omgeving. Naast lokaal zijn onze ingrediënten allemaal bio, contant betaald en bij voorkeur met florijn. Het grote voordeel -naast de eerlijke prijs- is dat alles supervers is. Dus kan lekker lang bewaard worden. Zo hoeven we niet elke dag boodschappen te doen.

Een enkele keer komen we in een supermarkt voor die dingen die we niet lokaal kunnen kopen. Nee, geen enkele supermarkt zal rijk worden van ons.

We hadden wat veel paprika ingekocht en een gezinslid was op vakantie. Nu is zondag onze vaste soepdag. Dus moest het soep worden. Paprika’s moesten verwerkt worden en dat wordt het paprikasoep. Wat tomaten er bij en het is paprika-tomatensoep. En dat is meteen het soep-experiment voor deze week.

Ingrediënten
4 paprika’s (rood, geel en oranje); 2 uien; 2 el tomatenpuree; 8 rijpe tomaten (of 1 pakje tomatenblokjes en een scheut passata); 2 bolletjes solo-knoflook; 1/2 el paprikapoeder; 1/2 tl cayennepeper; 1,5 liter bouillon, (1/2 tl bouillonpoeder) rijstolie; 1 bosje lente-of bosui; slagroom; 300 gr gehakt,2 el arrowroot mengen met 4 el water, 1 ‘ijsblokje’ bottenbouillon.

Snijd de paprika’s in kleine blokjes; snipper de uien en knoflook fijn;

Draai van het gehakt ongeveer 30 balletjes. Verwarm een pan met 1,5 liter water. Doe een tl bouillonpoeder in het water. Voeg de soepballetjes toe en kook dit op laag vuur voor een minuut of 10. De lente- of bosui in ringetjes snijden en in een schaaltje op tafel zetten.

.Verhit in een soeppan een flinke scheut rijstolie, bak de ui en knoflook glazig. Voeg daarna de tomatenpuree toe.

Voeg na een minuut of vijf de paprikapoeder, cayennepeper en de paprikablokjes toe. Na nog een minuut of vijf kunnen de tomatenblokjes en een scheut passata in de pan om mee te bakken. NB ipv tomaten gebruikten we tomatenblokjes en passata.

Inmiddels staat de slowcooker gereed en breng de inhoud van de soeppan over in de slowcooker. Haal de soepballetjes uit de bouillon en bewaar deze in een afgedekte schaal. Giet nu de bouillon in de slowcooker. Deksel er op en de slowcooker op Laag voor vier uur.

Na drie en een half uur kunnen de soepballetjes in de Crockpot. Naar smaak wat slagroom toevoegen, maar best wel een flinke scheut en een half uur laten doorwarmen.

Nu is de soep bijna klaar om genuttigd te worden. We mengen 2 el arrowroot op 4 el water en voegen dit bij de soep. Flink doorroeren totdat de soep ietsje gebonden is. Klaar om op te dienen. Ieder kan naar believen de bosui op de soep strooien.

Paprika-tomatensoep of tomaten-paprikasoep

Over school

De Katholieke Lagere school voor jongens op de Buiksloterweg. Om daar te komen moesten we langs de Mussenstraatschool. Langs de Openbaren. Je was verstandig als je in een groep naar school ging. Toentertijd was het net Klein Ulster. Langs de Mussenstraatschool moeten, betekende vaak rennen of vechten. De Openbaren tegen de Katholieken. En waarom wist niemand. Over school.

Op de rustige dagen kon je je redden door te rennen. Op onrustige dagen was het verstandig om stokken mee te nemen. Van de Mussenstraat via het trappetje naar de Adelaarsweg. Aan weerskanten van het trappetje waren rozenperken. Hoe vaak ik niet door zo’n rozenperk ben gerent inplaats van over het trappetje. Overigens was dat ‘trappetje’ een best brede trap.

Het vroor zoals het toen kon vriezen. Het kanaal was dichtgevroren. We hoefden niet over de Kraaienpleinbrug en dus niet langs de Openbaren. De kortste weg was over het ijs, over het Noordhollandsch Kanaal. Per slot van rekening maar 37 meter breed. Wij met z’n tweeën gingen over het ijs. Niet zoals we bedacht hadden. Het werd rennen en springen, van schots naar schots. Tijdens de school was er een ijsbreker langs geweest. Om het kanaal vaarbaar te maken voor de scheepvaart. Wisten wij veel.

Stoofvlees met speculaas/ Vlaams stoofvlees


Ingrediënten
1 kilo hacheevlees, 50 gram boter, 3 grote uien, 3 bolletjes soloknoflook, 3 eetlepels balsamico-azijn, 3 eetlepels appelstroop, 3 kruidnagels, 4 jeneverbessen, 4 laurierblaadjes 1,5 pijpje bruin bier , 6 speculaasjes.

Laat de in blokjes gesneden hacheevlees een uurtje op temperatuur komen buiten de koelkast. Pel de uien en snij deze in ringen. Pel de knoflook bolletjes en hak deze grof. Zet de overige ingrediënten onder handbereik om misgrijpen te voorkomen. De kruidnagels en jeneverbessen doe ik in een thee-ei om onnodig zoekwerk later te voorkomen.

Verhit in een grote (soep-)pan de boter en bak de uienringen langzaam glazig. Eenmaal glazig voeg dan het vlees en de knoflooksnippers toe. Bak het vlees op een iets hoge voor rondom bruin. Dan kan alles in de slowcooker.

Voeg het bier, de balsamico en de appelstroop toe. De speculaas en de laurierblaadjes daar weer bovenop. In duw de speculaas iets onder en da; kan de slowcooker aan. Op ‘Laag’ voor 8 uur. Verwijder het thee-ei en de laurierblaadjes en hussel de rest een keer goed om.

Over school en een recept voor Vlaamse stoofpotDe Katholieke Lagere school voor jongens op de Buiksloterweg. Om daar te komen moesten we langs de Mussenstraatschool. Langs de Openbaren. Je was verstandig als je in een groep naar school ging. Toentertijd was het net Klein Ulster. Langs de Mussenstraatschool moeten, betekende vaak rennen of vechten.

Verhuizen…

Over verhuizen… Was ik onlangs weer een keer in Amsterdam Noord kwamen de herinneringen opborrelen. Geboren op de Haarlemmerweg, Amsterdam recht tegenover de Gasfabriek, verhuisden we al vlot naar Noord. Van ‘kamer en suite’ naar een huis met een tuintje voor en achter. In de Vogelbuurt. Geen badkamer, geen douche, maar de kinderen in de teil. Op zaterdagavond.

Mijn moeder hield erg van frisse lucht. Dus mijn broertje, klein en kladdig, lag nog in de wagen in de tuin in het zonnetje. Lekker frisse lucht opdoen. Na verloop van tijd ging mijn tante even bij m’n broertje kijken. Hij had gezelschap gekregen. Een rat was in de wagen gekropen en lag heerlijk naast mijn broertje te genieten van de zon. De rat vond het gezellig, mijn tante niet. Hoe mijn ouders de rat of mijn broertje uit de wagen hebben gekregen weet ik niet. Maar mijn broertje heeft er niets aan overgehouden.

Het was de gewoonte geworden dat we om de zes jaar gingen verhuizen… Er waren tekenen dat een verhuizing aanstaande was. Ging mijn moeder witten en behangen dan was een verhuizing niet ver meer. We verhuisden in de wijk. Dat betekende dat mijn vader een handkar of bakfiets regelde. Alle meubilair op de kar en op naar het nieuwe huis, zo’n drie straten verder op. Ome Johan (zeg maar Piet) was een gezellige helpende hand.

In die tijd werd er gekookt met seizoensgroenten en eenvoudige maar voedzame maaltijden. De inkopen werden gedaan bij de kruidenier, de groenteboer, de melkboer. De aardappelboer kwam met paard en wagen door de straat.

Dit keer is het Hete Bliksem. Het recept heb ik beschreven voor de slowcooker. Toentertijd werd Hete Bliksem in gewone pannen gekookt.

Ingrediënten
1 kilo kruimige aardappelen; 1 kilo Elstar appels; 50 g boter; 3 uien; 1 eetlepel mosterd en zo’n 300 gram gerookt spek. (Had mijn moeder een goede bui, dan gingen er nog twee handen gewelde rozijnen in de pan)

De aardappels worden geschild, in vieren gesneden, gespoeld en 10 minuten voorgekookt. De uien worden eveneens geschild en in halve ringen gesneden. De appels schillen en ontdoen van van het klokhuis en in stukken snijden.

Nu kunnen we aan het stapelwerk in de slowcooker beginnen: eerst de halve uiringen onder in de pan; daar boven op de aardappelen en de appels. Helemaal bovenop komt het spek. Wat water toevoegen, zo’n 150 tot 200 milliliter. De slowcooker ingesteld op Laag voor vier uur.

Er kan gegeten worden. Geheel in stijl van toen, de pan op tafel en moeder schepte staand op.

Pastasaus voor lasagne

Het is 6 april 2023. De laatste tijd wordt het steeds meer onzeker dat je weet wat je eet. Niet alle ingrediënten staan meer op het ingrediëntenlijstje of worden vermeld onder een verhullende naam. Zo is Campina Friesland van plan om ‘boerloze melk’ te verkopen. Melk niet meer afkomstig van koeien. Ook heeft Europa het gebruik van insecten aan voedselproducten toe te voegen goedgekeurd.

Het wordt dus steeds belangrijker inkopen te doen bij betrouwbare en vertrouwde leveranciers. Direct van de boer is natuurlijk het mooist; eerlijke producten tegen een eerlijke prijs. De ambachtelijke slager en bakker waarvan je weet dat zij goede producten leveren. Het kan wat duurder zijn, maar je gezondheid is heel wat waard. We gebruikten al geen zakjes en pakjes, nu gaan we nóg meer zelf maken.

In het kader ‘weet wat je eet’ maak ik een pastasaus. Dit keer voor lasagne. Uiteraard lekker langzaam. De ingrediënten kochten we bij onze vaste natuurslager; de groenten bij een zorgtuinderij en de tomatenpuree en tomatenblokjes van een vertrouwd merk uit de buurtwinkel.

Aan de slag: Pastasaus voor lasagne

Ingrediënten
1 kilo gehakt; 1 courgette; 1 aubergine; 2 of 3 uien; 3 of 4 bollen soloknoflook; 250 gram champignons; 2 grote paprika’s; 1 prei, 6 theelepels tomatenpuree (uit glas), 3 pakjes tomatenblokjes; 3/4 eetlepel majoraan; 3/4 eetlepel basilicum; 3/4 eetlepel tijm en 3/4 eetlepel oregano, wat zout

De ui en knoflook moeten ontdaan worden van de schillen. Ook de courgette moet geschild worden. Daarna kunnen alle groenten gesneden en gesnipperd worden. De prei moet nog even na het snijden gewassen worden. Groenten van de zorgtuinderij komen direct uit de grond in de winkel. Dus goed wassen is aanbevolen.

De ui en knoflook worden -licht spetterend- in de wok glazig gebakken. Eenmaal glazig voeg ik het gehakt toe om lichtbruin te bakken. Dan nog even de tomatenpuree meebakken.

Inmiddels heb ik de slowcooker klaar staan. Eerst gaat het gehakt/ui/knoflookmengsel in de slowcooker. Daar boven op alle gesnipperde groenten en als laatste de tomatenblokjes. De deksel er op en de slowcooker op acht uur ‘Laag’

Tijd voor iets anders nuttigs te doen. Koffiedrinken met VL bijvoorbeeld.

Pastasaus voor lasagneIn het kader ‘weet wat je eet’ maak ik een pastasaus. Dit keer voor lasagne. Uiteraard lekker langzaam. De ingrediënten kochten we bij onze vaste natuurslager; de groenten bij een zorgtuinderij en de tomatenpuree en tomatenblokjes van een vertrouwd merk uit de buurtwinkel.

Tips van de slager

Regelmatig komen we bij onze slager. Vaak geeft hij -gevraagd en ongevraagd- tips. Tips om goed vlees beter te bereiden, of tips om bepaalde vleessoorten voor bepaalde gerechten te gebruiken. Tips van de slager.

  • Leg voor het bereiden van vlees een uur van te voren uit de koelkast zodat het vlees op kamertemperatuur is;
  • Gebruik altijd scherpe messen. Voor je veiligheid (een scherp mes snijdt en ‘ketst’ niet af). Ook wordt de smaak van het te bereiden vlees beter door het gebruik van scherpe messen. Mocht je je onverhoeds een keer snijden, dan heb je een makkelijker te genezen snijwondje.
  • Vaak wordt vlees in de oven gegaard op 180 graden. De smaken van vlees mengen zich beter en het vlees wordt malser als het op lage temperatuur wordt gegaard, zo tussen de 100 en 125 graden Celsius. Natuurlijk wordt de tijd in de oven veel langer. Gebruik een goede kerntemperatuurmeter om de gaarheid te controleren.
  • Kerntemperatuur:
    Rundvlees: Medium-rare 55-58 ºC; medium bij 60-63 ºC; medium-well bij 65-67 ºC
    Gehaktbrood 72ºC.
    Varkensvlees: Varkensvlees moet helemaal gaar zijn: medium 60-63ºC. Een gehaktbal of gehaktbrood van varkensvlees mag ook een kerntemperatuur van 72 ºC hebben.
    Lamsvlees: Medium-rare 55-58 ºC; medium bij 60-63 ºC; medium-well bij 65-67 ºC
    Stoofvlees: 89 ºC voor een perfecte structuur.
  • Gebruik eens een varkenship voor in de erwtensoep in plaats van het gebruikelijke vlees wat je gewend bent.

Meer tips van de slager

  • Kneden van gehakt. Gebruik bij voorkeur een mixer of keukenmachine met deeghaken. Voor 500 gram gehakt naar keuze, 50 tot 75 gram koud water, 4 gram gehaktkruiden & 8 gram zeezout (of bakje gehaktmix van Slagerij van der Geer). mix alle ingrediënten in vijf minuten op de lage stand van de mixer tot een soepel deeg. Vorm er gehaktballen of een gehaktbrood van en zet het een nacht in de koelkast,
  • Gaar spareribs op lage temperatuur in de oven. Zo’n drie uur op 100 graden.
  • Veel mensen gooien uienschillen in de kliko. Terwijl in uienschillen veel gezonde stoffen zitten: vitamines (A, C, E, PP, groep B), caroteen, rutine, flavonoïden, quercetine, calcium, magnesium, ijzer, fosfor, zink, jodium, organische zuren, vezels. De schillen kunnen gekookt worden; toegevoegd bij soep; thee van zetten. Kortom, uienschillen zijn te gezond om zo maar weg te gooien.
  • Appelschillen en klokhuizen, maak er appelsap of appelstroop van. Bewaar appelschillen en klokhuizen tot je er veel van hebt. Doe de gespaarde schillen en klokhuizen in een pan, druk het wat aan en vul de pan met water tot alles net onder staat. Breng het aan de kook voor een half uur (sommige mensen laten het -met het vuur uit- een nacht trekken). Giet het geheel via een kaasdoek in een andere pan. Het kookvocht met laag vuur inlaten koken tot een dikke massa, de appelstroop! Let op, het kan snel gaan dus erbij blijven is aan te raden.
  • In alle recepten voor erwtensoep staat als ingrediënt ‘spliterwten’. Dus mensen rennen naar de winkel om ‘spliterwten’ te kopen. Je kunt ze ook ‘zelf maken’. Koop gedroogde erwten, neem de hoeveelheid die je nodig hebt en laat deze 24 wellen in koud water. Na ongeveer 24 uur heb je ‘spliterwten’ onbewerkt en klaar voor gebruik.
  • Probeer eens erwtensoep te maken met alleen schenkel (en spek). Omdat bot een onderdeel van schenkel is mag het ‘iets meer’ zijn dan het gewicht vlees wat je normaal in erwtensoep doet. De schenkel eerst voor acht uur op Low in de slowcooker. Na deze acht uur de overige ingrediënten toevoegen en nogmaals acht uur op Low. Op deze manier komen alle gezonde stoffen van het vlees én het bot in de soep.
  • gebruik voor koude bereiding een goede olijfolie. Voor bakken en vooral braden (van vlees) een goede rijstolie. 
  • Stoofperen, elk recept begint met het schillen van de peren. Een arbeidsintensief werkje, maar is het ook nodig? Schil eens de peren niet. Met schil en al in de slowcooker. Meer smaak, minder werk. Een win/winsituatie dus.

Bottenbouillon van buitendieren

In een eerder stukje had ik het maken van bouillon al beschreven. Ook de voordelen van bottenbouillon staan daar genoemd. Het is altijd goed om te herhalen wat nu de gezonde stofjes zijn:

‘…In botten zit calcium, fosfor, silicium, magnesium en kalium. In het merg zitten de vitamines A en K2, omega 3 en 6, zink, mangaan, boron en selenium. Dan zitten er nog wat gezonde dingen in het bindweefsel…’
De opsomming kan compleet gemaakt worden met collageen, proline, glycine, natrium, fosfor, ijzer. Bottenbouillon bevat sulfaat, hyaluronzuur en glucosamine. Deze stoffen maken dat bottenbouillon een weldaad is voor je darmen en je huid.

Nu zitten deze stoffen in de botten, poten, gewrichten, huid en die wil je in de bouillon krijgen. Daar voor is nodig, een slowcooker, de juiste botten, water, een scheut appelazijn en geduld, veel geduld. Vaak worden naast botten ook groenten toegevoegd. Dat doe ik niet. Uiteraard is er geen bezwaar om uien, wortel, prei e.d. toe te voegen tijdens het trekken van de bouillon.

Ik wil een geleiachtige bouillon hebben die ik verdeeld in blokjes in de vriezer bewaar. Voor bruikbare blokjes gebruik ik ijsblokjesvormpjes. De botten zijn van buitenbeesten; runderen, kippen, varkens die dag en nacht buiten zijn en hun zelf hun kostje bij elkaar grazen. Dus op naar de ambachtelijke slager.

Overigens is het goed mogelijk om goede botten online te bestellen bij betrouwbare leveranciers. Toch houd ik het bij de mij bekende slager in verband met het persoonlijke contact en de adviezen.

(kijk uit met de term ‘grasgevoerde runderen’. Er zijn boeren die hun staldieren ‘grasgevoerd’ noemen. Immers runderen eten gras. Vaak worden deze runderen bijgevoerd met krachtvoer)

Maaltijden worden voedzamer door het toevoegen van een blokje bouillon.

Een waarschuwing is op zijn plaats. Door bottenbouillon te maken zal het huis voor langere tijd intensief naar kokend vlees ruiken. Het is aan te bevelen om de pan in de schuur te zetten.

ingrediënten
1 kg bouillonbotten, een scheut biologische appelazijn en water. Je kunt kiezen uit alleen rund, alleen kip, alleen lam, alleen varken maar ook botten van verschillende dieren combineren.

Aan de slag: Bottenbouillon van buitendieren

De botten kunnen in de slowcooker gelegd worden, de pan vullen met water tot de botten ruim onder water staan, maar wel ongeveer een centimeter onder de rand van de pan. Er moet ruimte zijn op te spetteren, de bouillon wil je ín de pan en niet op het fornuis.

De slowcooker instellen op ‘Laag’ en de tijd op het maximale, als het kan op 24 uur. Als dat gebeurd is kan je die dingen doen die je nuttig, prettig of noodzakelijk vindt. Anders duurt het wachten zo lang.

Ik controleer na een uurtje of 10 of er nog genoeg water in de pan zit. Eventueel kan er wat (heet) water toegevoegd worden. Na 24 uur is de helft van het water ingekookt en zit er een dikke gelei-achtige massa in de pan. Deze moet wat afkoelen, maar niet te veel.

Nu komt het vettige klusje, de bouillon overdoen in de vormpjes. We vullen vier ijsvormpjesbakjes en acht grotere bakjes. Deze gaan de ijskast in.

Bij het maken van een maaltijd doen we één blokje in de pan. Voor een lichtere bouillon kan je een blokje in een pan verdunnen met ongeveer een liter water (of meer of minder naar de eigen wens)

Geverifieerd door ExactMetrics