Uitgebreide groentensoep

Zondag is soepdag bij ons. Met dank aan de JongWijs Fiets. Maar die rijdt niet meer, dus maken we zelf onze soepen. We zoeken smakelijke recepten, combineren, zetten het naar onze smaak en hand. Of we maken het ons makkelijk met een basisrecept voor eender welke soep. Dit keer een recept aangepast aan de slowcooker. Deze soep is bijna zo medicinaal als de kippensoep tegen griep.

De gewichten van de ingrediënten zijn bij benadering.

Ingrediënten:
600 gr schenkel, 500 gr runderpoulet, 300 gr gehakt, 350 gr winterwortel, 1/2 knolselderij, 3 uien, 300 gr prei, 15 gr selderij, 2 bolletjes soloknoflook, vermicelli en water.

Eerst wordt alles wat geschild moet worden geschild. De bouillon wordt als eerste gemaakt. Daarvoor wordt de helft van de groenten grof gesneden. De resterende groenten kunnen nog even in een afgesloten bak in de koelkast.

De schenkels gaan in de slowcooker. De runderpoulet kan even aangebraden worden. Daarna de groenten bij voegen om ook kort te bakken. Dit eenmaal gedaan dan kan het geheel in de slowcooker. Zoveel water toevoegen dat de inhoud van de slowcooker net onder water staat. De slowcooker voor vier uur op Hoog.

Inmiddels kunnen de overgebleven groenten iets fijner gesneden worden. De gehaktballetjes kunnen  al gedraaid worden. Aan het gehakt wordt niets toegevoegd. Er komt al genoeg smaak in de soep. 

Na vier uur is de bouillon klaar. De inhoud van de slowcooker gaat in het vergiet. Vergeet niet een grote pan onder het vergiet te zetten, anders verdwijnt de bouillon in de afvoer. De schenkels worden ontdaan van het vlees. Denk aan de vingers, de schenkels zijn heet! Dit gaat samen met de runderpoulet terug in de bouillon. De groenten zijn dood gekookt en kunnen in de kliko

De groenten uit de koelkast en fijner gesneden even aanbakken in een pan voor meer smaak. Daarna toevoegen aan de bouillon in de slowcooker. Deze kan nu voor vier uur op Laag. Na drie uur kunnen de soepballetjes in de pan om nog een uurtje te garen. Zijn ook deze vier uren voorbij dan is de klus geklaard en de groentensoep gereed.

Uitgebreide groentensoep

Paddenstoelensoep

paddenstoelensoep

Ingrediënten
2 uien, 2 bolletjes soloknoflook, 450 gram gemengde paddenstoelen, 2 el mascarpone, 1 liter bouillon, paar takjes tijm, roomboter.

Voorbereiding; Schil de uien en knoflook en snipper deze. Boen de paddenstoelen schoon en snijd deze in niet te kleine stukjes. Ontdoe de tijm van het steeltje door de blaadjes er van af te ritsen. Maak in een pan iets meer dan een liter bouillon. Wij gebruiken de bouillonpoeder van **. Eén tl op een liter water.

De soep maken
Voeg nu de warme bouillon en twee eetlepels mascarpone bij de paddenstoelen en roer dit goed door elkaar. Breng de soep aan de kook en laat deze zo om en nabij 40 minuten zachtjes pruttelen. De pan kan van het vuur en de soep glad gepureerd.

De soep kan met zout en peper op smaak worden gemaakt. De gebakken paddenstoelen door de soep roeren en opdienen. Eenmaal in de soepkom of op het bord desgewenst garneren een theelepel mascarpone of wat verse tijm.

Pittige linzensoep

Het komt nogal eens voor dat we de vraag krijgen of het een teentje of een hele bol knoflook gebruiken. We gebruiken bolletjes solo knoflook, dus het aantal bolletjes wat het recept aangeeft. We gebruiken geen blikjes tomatenpuree, maar ‘concentrato di pomodori’ van het merk la Bio Idea. In dit recept gebruiken we dan drie eetlepels.

We gebruiken in dit recept berglinzen. Berglinzen zijn rode linzen maar dan met het velletje er nog op. Deze linzenvariant blijft stevig bij het klaarmaken. Het recept kan heel goed gemaakt worden met wortel. Wij kiezen voor zoete aardappel vanwege een allergie bij één gezinslid.
Ik maakte de linzensoep dit keer in de soeppan op het gas. Om deze soep in de slowcooker te maken dient voor de slowcookertijd vier tot zes uur op Laag genomen te worden.

Ingrediënten
2 middelgrote aardappelen, 2 middelgrote zoete aardappelen, 180 gram gedroogde berglinzen, 2 uien, 2 bollen soloknoflook, 1 tl groentebouillonpoeder, 3 tl paprikapoeder, 1/2 tl chilipoeder, 3 tl komijnzaad (al dan niet gemalen), 1 blikje tomatenpuree, 300 gram gehakt, 1 liter water, een scheut rijstolie.

Is het nu ‘aardappels’ of ‘aardappelen’? Ach, het zal wel. De aardappelen en zoete aardappelen worden geschild en in stukjes gesneden. Even afspoelen en in een pan met water zetten. De linzen goed afspoelen in een zeef. Want eerst moet van het gehakt soepballetjes gedraaid worden. In onze situatie ongeveer een stuk of dertig. Een pan met iets meer dan een liter water aan de kook brengen, de bouillonpoeder er door heen roeren en de soepballetjes toevoegen. Op een laag vuurtje zo’n tien minuten laten garen. Na die tien minuten haal ik de soepballetjes uit de bouillon en bewaar deze in een bakje.

De uien en knoflook pellen ( de uien ontdoe ik altijd van de eerste rok na de schil, want die is meestal taai) en fijn snipperen. In een ruime soeppan een scheut rijstolie -mag best een ruime scheut zijn- en verhitten op een middelhoog vuur. Eenmaal goed heet kunnen de knoflook- en uisnippers in de pan om glazig te bakken. Ik kies er voor om de paprikapoeder even mee te bakken. De bouillon voeg ik bij de glazige ui/knoflook/paprika samen met de aardappel/zoete aardappel en gedroogde linzen. Het vuur kan nu laag en de soep zo’n 40 minuten laten pruttelen.

Na een minuut of 30 kan in een steelpannetje het komijnzaad op laag vuur geroosterd worden (dus géén boter of olie toevoegen). Begint het komijnzaad te ruiken, dan de tomatenpuree toevoegen voor een paar minuten. Wel constant blijven roeren.
Het geheel kan nu bij de soep gevoegd worden en even flink doorgeroerd.

Zodra de kookwekker aangeeft dat de 40 minuten om zijn kan de soep gepureerd worden. Wat langer voor een gladdere linzensoep, wat korter naar believen. Nog even de soepballetjes in de soep en goed doorwarmen. Na het opdienen kan naar believen wat verse peterselie en/of een schep yoghurt in de soep.

Pittige linzensoep

Paprika-tomatensoep of tomaten-paprikasoep

We kopen onze ingrediënten zoveel mogelijk lokaal. Bij de groenteboer, een zorgtuinderij, markt, natuurslager, visboer en boeren in onze omgeving. Naast lokaal zijn onze ingrediënten allemaal bio, contant betaald en bij voorkeur met florijn. Het grote voordeel -naast de eerlijke prijs- is dat alles supervers is. Dus kan lekker lang bewaard worden. Zo hoeven we niet elke dag boodschappen te doen.

Een enkele keer komen we in een supermarkt voor die dingen die we niet lokaal kunnen kopen. Nee, geen enkele supermarkt zal rijk worden van ons.

We hadden wat veel paprika ingekocht en een gezinslid was op vakantie. Nu is zondag onze vaste soepdag. Dus moest het soep worden. Paprika’s moesten verwerkt worden en dat wordt het paprikasoep. Wat tomaten er bij en het is paprika-tomatensoep. En dat is meteen het soep-experiment voor deze week.

Ingrediënten
4 paprika’s (rood, geel en oranje); 2 uien; 2 el tomatenpuree; 8 rijpe tomaten (of 1 pakje tomatenblokjes en een scheut passata); 2 bolletjes solo-knoflook; 1/2 el paprikapoeder; 1/2 tl cayennepeper; 1,5 liter bouillon, (1/2 tl bouillonpoeder) rijstolie; 1 bosje lente-of bosui; slagroom; 300 gr gehakt,2 el arrowroot mengen met 4 el water, 1 ‘ijsblokje’ bottenbouillon.

Snijd de paprika’s in kleine blokjes; snipper de uien en knoflook fijn;

Draai van het gehakt ongeveer 30 balletjes. Verwarm een pan met 1,5 liter water. Doe een tl bouillonpoeder in het water. Voeg de soepballetjes toe en kook dit op laag vuur voor een minuut of 10. De lente- of bosui in ringetjes snijden en in een schaaltje op tafel zetten.

.Verhit in een soeppan een flinke scheut rijstolie, bak de ui en knoflook glazig. Voeg daarna de tomatenpuree toe.

Voeg na een minuut of vijf de paprikapoeder, cayennepeper en de paprikablokjes toe. Na nog een minuut of vijf kunnen de tomatenblokjes en een scheut passata in de pan om mee te bakken. NB ipv tomaten gebruikten we tomatenblokjes en passata.

Inmiddels staat de slowcooker gereed en breng de inhoud van de soeppan over in de slowcooker. Haal de soepballetjes uit de bouillon en bewaar deze in een afgedekte schaal. Giet nu de bouillon in de slowcooker. Deksel er op en de slowcooker op Laag voor vier uur.

Na drie en een half uur kunnen de soepballetjes in de Crockpot. Naar smaak wat slagroom toevoegen, maar best wel een flinke scheut en een half uur laten doorwarmen.

Nu is de soep bijna klaar om genuttigd te worden. We mengen 2 el arrowroot op 4 el water en voegen dit bij de soep. Flink doorroeren totdat de soep ietsje gebonden is. Klaar om op te dienen. Ieder kan naar believen de bosui op de soep strooien.

Paprika-tomatensoep of tomaten-paprikasoep

Bloemkoolsoep, een experiment

Soms krijg ik een bericht dat iemand een recept heeft maakt in de slowcooker, maar het was ‘niet te vreten'(in mijn woorden). Is er iets fout gegaan of klopte het recept niet? Of houd je gewoon niet van die groente? Dan ga ik de uitdaging aan en probeer een recept zo lekker mogelijk te maken. Dit keer is de uitdaging bloemkoolsoep. Nu ben ik zelf niet zo gek op bloemkool, maar je zet je in voor de ‘wetenschap’ nietwaar?

De meeste recepten beginnen met ‘snipper de ui’. Uh, ik begin altijd eerst met schillen. Bouillon maak ik altijd van verse ingrediënten. Voor groentebouillon neem ik een handig zakje soepgroenten tuinkruiden van AH. Een uurtje of zes op ‘Laag’ in de slowcooker met twee liter water zorgt voor een heerlijke bouillon. Let wel, de bouillon een dag van te voren maken en bewaren in de koelkast.

Ingrediënten: 1 flinke bloemkool; 1 zoete aardappel; 1 ui; 2 bollen soloknoflook; 1,5 liter (zelfgemaakte) groentebouillon; 1 theelepel mosterd; 1 laurierblad; peper en zout naar smaak; lente-ui, in ringetjes; 150 gram uitgebakken spekjes of bacon, een guts olijfolie

Hoewel het een slowcookerrecept is bak ik de ui en knoflook glazig. Over het algemeen gebruik ik nogal wat ui en vooral knoflook. Bij verschillende supermarkten is soloknoflook (in mandjes en bij Lidl in een netje) te koop.

 De voorbereidingen zijn getroffen, dus….we gaan beginnen!
Schil de zoete aardappel, de ui en pel de knoflook. Snipper de ui en knoflook grof, snijdt de zoete aardappel in stukjes (ongeveer 2×2 cm) en de bloemkool in roosjes, snijdt de stronk van de bloemkool even groot als de zoete aardappel.

Giet een guts olijfolie in een kleine wok en laat deze op temperatuur komen. Eenmaal op temperatuur kan het vuur getemperd tot middelmatig en de ui- en knoflooksnippers en het laurierblad toegevoegd en langzaam glazig laten worden. Nog even de mosterd kort meebakken.

Inmiddels kan de slowcooker gevuld worden met de bloemkool- en zoete aardappelstukjes. Als de ui en knoflook glazig zijn, de mosterd en het laurierblad meegebakken is kunnen die ook in de slowcooker.

Anderhalf liter bouillon erbij en de pan voor zes uur op ‘Laag’ zetten. Tijd voor andere zaken, de slowcooker gaat zijn eigen gang wel.

Na zo’n zes uur is de groente gaar en zacht. Is dit niet het geval, dan nog een uurtje langer laten pruttelen. Nu hoef je alleen nog maar te pureren, grof of wat gladder tot glad. Opdienen met wat in ringen gesneden lente-ui en uitgebakken spekblokjes. Zo moet het wel lukken, lijkt me.

Basisrecept tomatensoep

Slowcooken is zo simpel dat het weer moeilijk wordt. De tekst wordt binnenkort aangevuld met het basisrecept tomatensoep.

Ingrediënten: 1 kg rijpe tomaten, 2 uien, 100-150 ml groentebouillon, 170 gr tomatenpuree, 1 bol soloknoflook

De tomaten, knoflook en uien in vieren snijden. Deze partje samen met de groentenbouillon en de tomatenpuree in de slowcooker doen. De slowcooker instellen op ‘Laag’ voor 8 uur. Na deze 8 uren de soep pureren met de staafmixer.
Eventueel de soep op smaak brengen met room, zout en peper.

Bruine bonensoep om te janken

Vandaag zat ik weer eens te bladeren op internet naar recepten. Het kortste recept voor bruine bonensoep welke ik las op een echte receptensite is werkelijk om te janken. Nu moet iedereen voor zichzelf weten hoe bruine bonensoep te maken, maar toch er zijn grenzen. Hoe een en ander bereid wordt zal ik je besparen.

Ingrediënten: een blik ossenstaartsoep, een blik bruine bonensoep, prei en een rookworst. Hoe dit recept verder gaat, bespaar ik mezelf en jou.

Het Haags Kookboek (1955) zal wel uitkomst brengen voor een gezonde ouderwetse bruinebonensoep. De ingrediënten: 1 of 2 uien, 20 gram vet van jus of boter, rest bruine bonen, 1 liter bonenwater en bouillon, laurierblad en peperkorrels óf kerrie, óf peper en bruin van jus, soja of aroma. Tja, kan ik ook niet veel mee.

Dan maar mijn heil gezocht bij het Kookboek van de Amsterdamse Huishoudschool (ook wel Wannée genoemd, naar de samenstelster ‘voorheen Lerares in Koken en Voedingsleer aan die Inrichting’). Het recept: 400 gr bruine bonen, 2,5 liter water, wat zout, 4 preien, 1 bos selderijgroen, 60 gr boter, margarine of rundvet. Het begint wat te worden.

Mijn idee van bruinebonensoep (uit de slowcooker)
Ingrediënten: 300 g runderpoulet, 1 mergpijp, 1 schenkel, 150 gr gerookte spek, ui,  500 g gedroogde bruine bonen, 1 winterwortel, 1 grote aardappel, 1 stok prei, 1 kleine knolselderij in stukken gesneden, 1 bosje peterselie, 1 bolletje soloknoflook, 2 laurierblad, 2 kruidnagels, 1 rookworst, 2 tl gedroogde bonenkruid, zout en peper naar smaak.

Omdat ik de slowcooker gebruik hoeven de bonen niet te wellen. Wel zo makkelijk. De runderpoulet, mergpijp, schenkel en het spek kunnen zo de slowcooker in. De bonen volgen.

De winterwortel wordt gewassen en in plakken gesneden. De aardappel, knolselderij, ui en de knoflook worden geschild of gepeld en ook in stukken gesneden. Ook deze verdwijnen in de slowcooker. Van de peterselie een half bosje grof hakken en aan de pan toevoegen, net als het bonenkruid, laurierblaadjes en de kruidnagels.

Nu alles in de slowcooker zit kan de pan aan op ‘Laag’ voor een uurtje of 8. Na 7 uur haal ik het vlees uit de pan en laat deze wat afkoelen. Ook haal ik ongeveer 5 eetlepels bruinebonensoep uit de pan. De laurierblaadjes en de kruidnagels ook uit de pan vissen.

De soep kan nu grof gepureerd worden. Hoe grof is afhankelijk van wat je lekker vindt. Ik maak de soep wat aan de grove kant. De runderpoulet wordt in stukjes uit elkaar getrokken. De mergpijp en schenkel ontdaan van het bot. Het vlees gaat terug in de pan net als de in plakjes gesneden rookworst en de apart gehouden hele bonen. De slowcooker gaat weer aan op ‘Laag’ voor het resterende uur.

Een forse kom bruinebonensoep, vergezeld met grof roggebrood met katenspek of stokbrood is een stevige winterse maaltijd. Is ook bij een warme dag in de zomer erg voedzaam.

Bruine bonensoep

Snelle tomatensoep langzaam

Elke dag weer ‘mam, wat eten we vanavond’. Horendol word je er van. En ik ben niet eens ‘mam’! Oplossing; we laten de kinderen een lijstje maken van hun maaltijdwensen deze week. Zij maken gezamenlijk hun lijstje, maar wij beslissen. Het lijstje komt op de koelkast te hangen, geen gevraag meer. Een stuk makkelijker zou je denken. De bedoeling van een lijstje is dat je er op kijkt. En dat vergeet ik dan geheid. Of dat een maaltijdwens een dag verschoven is.

Enfin, laat vandaag riepen de kinderen in koor dat we tomatensoep gaan eten. O ja, dat staat op het lijstje. Natuurlijk niet zo veel tomaten in huis en beslist geen zin om naar de groenteboer te gaan. Een goed alternatief vind ik in de tomatenblokjes van Kyknos. Die hebben we in ruime mate in de voorraad. De rest van de ingrediënten hebben al dan niet in (zelf) gedroogde vorm in huis. Ook het rundergehakt hebben we in huis, al is het wat veel. Beter wat veel dan niets.

We hebben groentebouillon nodig. Hiervoor gebruiken de tuinkruidensoepgroenten van AH (in makkelijke zakjes van 250 gram te koop) die we dan zelf drogen om te bewaren. Twee eetlepels van de gedroogde soepgroenten in de pan met ongeveer 1,5 liter kokend water een een tijd op laag vuur laten trekken. Ondertussen de ui en knoflook zeer fijn snipperen en de paprika in kleine blokjes snijden. Soms maak ik de fout om wel alle ingrediënten klaar te zetten, maar bijvoorbeeld blikjes en eventuele pakjes niet open te maken. Nu staan alle ingrediënten voor het grijpen én te gebruiken.

Ingrediënten: : 1 rode ui, twee bollen soloknoflook; 4 pakjes tomatenblokjes á 370 gram; 2 blikjes tomatenpuree á 70 gram; 1 rode paprika; 1 eetlepel honing; 4 handjes vermicelli, 300 tot 400 ml kookroom; 500 gram rundergehakt; 2 eetlepels gedroogde tuinkruidensoepgroenten; 1 eetlepel mediterrane kruiden; 1 theelepel Bachari; ongeveer 1.5 liter water, een scheut olijfolie.

In de soeppan een scheut olijfolie (onder het langzaam schenken door ‘een scheut’ zeggen levert meestal de benodigde olijfolie in de pan). Deze redelijk verhitten en op een laag vuur de knoflook en ui glazig bakken.

Na een minuut of zes of zeven de tomatenpuree (NIET de blokjes!), de bachari en de mediterrane kruiden toevoegen en dit even meebakken. Even later de blokjes paprika in de pan en weer een minuut of vijf meebakken.

Tot zover de kleine hoeveelheden en kleine stapjes. Zodra je denkt ‘dit gaat aanbakken’ kunnen de tomatenblokjes in de pan. Flink roeren en mengen en op een laag vuur een minuut of twintig, dertig laten stoven. Af en toe roeren kan geen kwaad en halverwege een theelepel honing toevoegen.

Na ongeveer vijfentwintig minuten voeg ik de groentebouillon toe. Nu wordt de pan toch wel wat voller dan ik eerst inschatte. Dus voorzichtig roeren en het vuur wat hoger zetten. De soep moet tegen het koken aan hangen voor een minuut of twintig.

Dan kieper ik de kookroom bij de soep, weer roeren en doorwarmen op laag vuur voor een minuut of tien.

Van het gehakt draai ik welgeteld 45 soepballetjes. Geen kruiden of zout toevoegen, lekker naturel. De balletjes en de vier handjes vermicelli ongeveer een half uur voordat de soep klaar is in de pan, wat roeren en veel geduld hebben.

O k, in sommige recepten schijnt de soep in een minuut of dertig klaar te zijn. Het heet dan een ‘snelle tomatensoep’. Ik vind dat de smaken wel in de pan zitten, maar niet een eenheid vormen. Daarom een snelle soep langzaam gemaakt. Wil je de soep gladder, haal er dan een staafmixer door. Wij eten de soep niet gepureerd.

Snelle tomatensoep langzaam

Echte erwtensoep of snert

Als je erwtensoep wilt eten kan je kiezen uit verschillende merken en pakken uit de supermarkt óf zelf maken. Als je de soep zelf wilt maken sta je voor de keus uit veel, heel veel recepten op internet. Het wordt er allemaal niet makkelijker op. Eerst het snert-aanbod in de supermarkt bekijken. Eerder was ik teleurgesteld bij mijn zoektocht naar ossenstaartsoep, dus weinig vertrouwen dat ik iets acceptabels vind. Maar ik laat me graag verrassen.

Van een bekend merk de ingrediënten opgezocht:
Groenten¹ 67,4% (erwt 56,1%, wortel, prei, ui, bladselderij), water, rookworst 10,6% (varkensvlees² 81%, varkensseparatorvlees² 9%, water, varkensvet², zout, stabilisator (E451, E452), dextrose, suiker, varkenscollageen, houtrook, aroma, conserveermiddel E250), aardappel, raapzaadolie, zout, gemodificeerd maïszetmeel, gistextract (bevat gerst), fructose, rookaroma, maltodextrine, selderijzaad, laurierblad, balsamicoazijn (wijnazijn, druivenmost), witte wijnextract, peterseliewortel.

Dit gaat het dus niet worden. Dan moet Het Haags Kookboek (1952) uitkomst brengen. Daar maak ik wel vaker recepten uit in het kader van Smaak van toen.

Ingrediënten: 250 gram groene erwten of spliterwten; 1 ¼ ltr water; 250 gram saucijzen, kluif, krabjes, vers spek; 1 bosje selderij; 2 stokken prei; ½ knolselderij, zout, twee bouillonblokjes.

Dit ziet er al een stuk natuurlijker uit. Naar mijn idee een wat eenvoudige en kale erwtensoep. Niet de soep zoals ik zou willen maken én eten.

Mijn idee (en recept) van snert (recept gereviseerd):

Sinds jaar en dag gebruik ik als botten en vlees varkenshiel of krabbetjes, hamschijf en spek in de erwtensoep. Tip van de slager: vervang de varkenshiel, krabbetjes en de hamschijf eens door varkenship, het bovenste deel van de poot. Nu is het niet verstandig om een tip in de wind te slaan, dus ‘doe mij maar een varkenship’.

De varkenship geeft de unieke smaak aan de soep. De rookworst moet voor mij een verse worst van de slager zijn. Liefst een beetje grof en in niet te dunne plakjes gesneden. aardappel/winterwortel of zoete aardappel is een pastinaak ook heel prettig.

Ingrediënten
Ongeveer 1 kilo varkenship, 200 gram gerookt spek; 1 grote verse rookworst, 400 gram gedroogde spliterwten, 1 stok prei; 1 grote ui, 2 aardappelen, 1 winterpeen, 1 knolselderij; 2 bolletje soloknoflook, 3 laurierblaadjes; 1/2 bosje bladselderij, Ongeveer 2 liter water.

Let op: voor dit recept is een slowcooker van 5 liter aan te bevelen.

Aan het werk; Als eerst wordt de hip geblanceerd. Zet de hip geheel onder koud water in een pan en kook deze ongeveer een kwartier. Giet de hip af en zet deze even in koud water.

De spliterwten worden goed gespoeld met koud water. Eenmaal gespoeld kunnen de erwten in de slowcooker. Verder gaat in de pan de varkenship en het spek. De prei en winterpeen worden in niet te kleine stukjes gesneden, gewassen en hup, ook de pan in.

Dit doe ik ook met de aardappel na eerst geschild te hebben. De knolselderij schillen en in stukjes snijden toevoegen aan de inhoud van de pan. Ook de ui wordt gesneden en toegevoegd aan de pan. De bladselderij gaat fijngesneden in de slowcooker. Nu nog de laurierblaadjes en eventueel twee kruidnagels toevoegen. De pan kan nu afgevuld worden met water tot net onder de rand. Uiteraard zet ik de pan op ‘Laag’ en de timer op 8 uur.

Na 7 uur kunnen de hip en de laurierblaadjes uit de pan gehaald worden. De varkenship gaat even op een bord om af te koelen. Voor een minder grove soep stamp ik nog even met een aardappelstamper de soep wat fijner. Desgewenst kan de soep ook gepureerd worden.

Nu kunnen de plakjes rookworst in de pan gedaan worden. Het laten meekoken van de rookworst geeft een lekkere rokerige smaak aan de soep. Het vlees en het spek in stukjes snijden, en weer terug in de pan doen. Voor het snijden is het aan te raden het vlees wat af te laten koelen. Dat is wel zo vriendelijk voor de vingers. Nu kan de slowcooker nog voor een uurtje op ‘Laag’ aan.

Het zal mooi zijn als het buiten wat vroor of tegen vriespunt aan zit. De pan kan dan naar buiten of in de schuur om af te koelen. De volgende dag is de soep goed dik en nog lekkerder dan op de dag van fabricage. Heet opgediend met grof roggebrood met Zeeuws spek of Katenspek.

Maak ook eens erwtensoep met gele spliterwten. Mooie gele soep met een iets zoetere smaak.

Franse uiensoep, of toch niet

Het afgelopen jaar zijn we regelmatig uit eten geweest. Regelmatig kwam dan ook een uiensoep als voorgerecht langs en op tafel. Steeds was de bestelde uiensoep een variatie op Franse uiensoep, donker en redelijk gevuld. En steeds een stuk brood met kaas. Een kruid meer of minder, al dan geen wijn toegevoegd; het bleef steeds Franse uiensoep.

Nu heb ik niets tegen Franse uiensoep of uiensoep in het algemeen. Toch kan het anders, lichter, meer zomers. Dus experimenteren met verschillende uiensoorten. Rode ui, gele ui, witte ui, sjalotten, zoete ui, bosuitjes, lente-uitjes. Laatst kwam ik een zakje Borretana’s tegen, een lichte zomerui sinds 1400 in Italië gekweekt rond de stad Boretto. Borretane zijn kleine zoete uitjes die bij langzaam bakken of grillen nog zoeter worden. Heerlijk bij gegrild vlees en vis. Heerlijk door salades, pasta en risotto. Tot zo ver de aanprijzing. Nu dan het experiment uiensoep met Borretane; licht en zomers.

Een waarschuwing is op zijn plaats. De uitjes zijn klein en moeten geschild worden. Dat neemt even wat tijd. Om de uitjes te laten karamelliseren moeten ze langzaam, heel langzaam lichtbruin worden. Omdat we toch slowcookeren hebben we geen haast. Mijn geduld wordt echter zeer op de proef gesteld met het bakken van de uien. Daar gaan we, we haasten ons langzaam.

Na een half uurtje zijn de uitjessnippers en de knoflook voldoende gebruind om in de slowcooker te deponeren. Het fijne van deze anderhalf liter slowcooker is dat hij op Hoog start en eenmaal op temperatuur zelf overschakelt naar Laag. Omdat het geen timer heeft wel zelf de tijd bij houden.

Ingrediënten
500 gram Borretane’s, Italiaanse kruiden naar eigen inzicht en smaak (maar wel ruim), een scheut olijfolie, een paar snippers rode peper, 1 liter groentebouillon, 2 bollen solo-knoflook.

500 gram uitjes bestaat uit ongeveer zo’n 20 platte uitjes. Vrij omslachtig om te pellen/schillen. Met een zeer scherp mes snij ik het kontje weg. De schil is wat perkamentachtig en dun, dat wordt dus pielen. Boven op de ui zit een ‘slurfje’ een restant waar het blad aan heeft gezeten. Dat mag er af. Om het lastig te maken ligt de aanhechting van het slurfje in een kuiltje. De uitjes gepeld en geschild worden gesneden; hier ben je vrij in de vormen; sliertjes, blokjes, schijfjes. Waar je voorkeur naar uitgaat. Ik snij sliertjes, blokje én schijfjes vanwege de afwisseling. In ieder geval zijn ringen niet mogelijk.

Dan is de knoflook aan de beurt. De regelmatige lezer van mijn blogs weten dat ik een grote voorkeur heb voor soloknoflook. Dus nu ook een bescheiden twee bollen solo snipperen. (Wat ben ik blij met mijn nieuwe Japanse keukenmessen; super scherp en heerlijk om mee te snijden) In een hapjespan stort ik één seconde olijfolie en laat die op hoog vuur op temperatuur komen. Eenm stukje ui in de pan tot die gaat spetteren. Dan de lading ui en knoflook in de pan en het vuur op laag. Nu moeten we het mengsel tijd gunnen om te kleuren. Dus niet als een bezetene steeds de uien omscheppen, maar rustig laten spetteren en om de vijf minuten omscheppen. Lekker slow.

Ondertussen komt de bouillon in de slowcooker (ons kleintje) op temperatuur. De bouillon is gemaakt met een paar eetlepels (zelf) gedroogde tuinkruiden soepgroenten en (eveneens zelf) gedroogde Italiaanse kruiden. De snippertjes rode peper komen ook uit onze voedseldroger. Zo weten we wat we eten.

Na zes uur vind ik (en VL) dat de soep gegeten kan worden. Een vleugje zout er bij is aan bevelen. Voor de kinderen maken we een ‘supermarktsoepje’. Zij gruwen van uiensoep.

error: Content is protected !!
Geverifieerd door ExactMetrics