Keftedes zijn populaire Griekse gehaktballetjes. Uiteraard in elk Grieks restaurant te bestellen, maar smaken het best in Griekenland zelf. In ons gezin zijn we verrukt over gehaktbrood van gehakt van Piëmontese runderen. En we hebben een zwak voor Griekse maaltijden. Die twee kunnen we mooi combineren in Keftedes Gehaktbrood.
Ingrediënten: 1 kilo gehakt, 2 uien, 2 bollen soloknoflook, 1 el gedroogde oregano, 1 el gemalen komijn, 1 el paprikapoeder, 1 el gehakte peterselie, 1 el gehakte munt, zout en peper naar eigen smaak.
Het gehakt gaat in een grote mengkom om op kamertemperatuur te komen. Ondertussen worden de uien en knoflook geschild en fijn gesnipperd.
Is het gehakt op kamertemperatuur dan kan het met de mixer los gemaakt worden. Meng ondertussen de overige ingrediënten door het gehakt. Zijn alle ingrediënten in de mengkom is het zaak om het geheel minsten vijf minuten, maar liever tien minuten mengen. Heb je een voorkeur om met je handen te kneden en te mengen, kan dat natuurlijk ook.
Nu moet er gekozen worden; wordt het de slowcooker of de oven?
In de slowcooker: maak een mooie bol van het gehakt. Leg een ui in ringen op de bodem van de pan. Leg daarop de bol in de slowcooker, het deksel er op en voor zes uur op ‘Laag’. Het is zaak om af en toe het gehakt te bedruipen met het vrijkomende vet en vocht.
In de oven: verwarm de oven voor op 180 graden. Maak een mooie bol van het gehaktmengsel en leg deze in een braadslede. De braadslede gaat in de voorverwarmde oven voor driekwartier tot een uur.
Piemontese runderen geven een wat luxe vlees wat veel in goede restaurants worden geserveerd. Gehakt van dit vlees heeft een prima vet/vleesverhouding. Het resultaat is een stevig, wat zoetig smakende gehakt. Uitstekend geschikt voor Keftedes Gehaktbrood.
Over verhuizen… Was ik onlangs weer een keer in Amsterdam Noord kwamen de herinneringen opborrelen. Geboren op de Haarlemmerweg, Amsterdam recht tegenover de Gasfabriek, verhuisden we al vlot naar Noord. Van ‘kamer en suite’ naar een huis met een tuintje voor en achter. In de Vogelbuurt. Geen badkamer, geen douche, maar de kinderen in de teil. Op zaterdagavond.
Mijn moeder hield erg van frisse lucht. Dus mijn broertje, klein en kladdig, lag nog in de wagen in de tuin in het zonnetje. Lekker frisse lucht opdoen. Na verloop van tijd ging mijn tante even bij m’n broertje kijken. Hij had gezelschap gekregen. Een rat was in de wagen gekropen en lag heerlijk naast mijn broertje te genieten van de zon. De rat vond het gezellig, mijn tante niet. Hoe mijn ouders de rat of mijn broertje uit de wagen hebben gekregen weet ik niet. Maar mijn broertje heeft er niets aan overgehouden.
Het was de gewoonte geworden dat we om de zes jaar gingen verhuizen… Er waren tekenen dat een verhuizing aanstaande was. Ging mijn moeder witten en behangen dan was een verhuizing niet ver meer. We verhuisden in de wijk. Dat betekende dat mijn vader een handkar of bakfiets regelde. Alle meubilair op de kar en op naar het nieuwe huis, zo’n drie straten verder op. Ome Johan (zeg maar Piet) was een gezellige helpende hand.
In die tijd werd er gekookt met seizoensgroenten en eenvoudige maar voedzame maaltijden. De inkopen werden gedaan bij de kruidenier, de groenteboer, de melkboer. De aardappelboer kwam met paard en wagen door de straat.
Dit keer is het Hete Bliksem. Het recept heb ik beschreven voor de slowcooker. Toentertijd werd Hete Bliksem in gewone pannen gekookt.
Ingrediënten
1 kilo kruimige aardappelen; 1 kilo Elstar appels; 50 g boter; 3 uien; 1 eetlepel mosterd en zo’n 300 gram gerookt spek. (Had mijn moeder een goede bui, dan gingen er nog twee handen gewelde rozijnen in de pan)
De aardappels worden geschild, in vieren gesneden, gespoeld en 10 minuten voorgekookt. De uien worden eveneens geschild en in halve ringen gesneden. De appels schillen en ontdoen van van het klokhuis en in stukken snijden.
Nu kunnen we aan het stapelwerk in de slowcooker beginnen: eerst de halve uiringen onder in de pan; daar boven op de aardappelen en de appels. Helemaal bovenop komt het spek. Wat water toevoegen, zo’n 150 tot 200 milliliter. De slowcooker ingesteld op Laag voor vier uur.
Er kan gegeten worden. Geheel in stijl van toen, de pan op tafel en moeder schepte staand op.
Verleden jaar adopteerden we twee appelbomen, een Santana en een Topaz. De oogst was prima. Eigenlijk te goed. De omstandigheden om de appels te bewaren waren niet optimaal, zodat we in kortere tijd dan gepland we ’iets’ moesten met de appels. Naast het zo eten en verwerken in gerechten moesten we een noodgreep toepassen: Appelmoes!
Nu kunnen we de appels wassen, schillen, in stukjes snijden, in de pan met wat suiker/honing en een klein beetje water en zo’n dertig minuten op laag vuur koken. Wel goed blijven roeren. Nog even de gare appelsmurrie tot moes stampen met de aardappelstamper. Klaar is de appelmoes.
Het kan ook anders, gewoon omdat het kan: in de slowcooker.
Ingrediënten (appelmoes)
2 kilo appelen, 1/2 kopje water, eventueel 2 kaneelstokjes of koekkruiden
De appels worden gewassen, geschild en van het klokhuis ontdaan. De appels in gelijke stukjes snijden en in de slowcooker deponeren. Het kopje water en de kaneelstokjes toevoegen.
De slowcooker op ‘Laag’ voor 6 uur. Nu hebben we ruim de tijd om de potten te steriliseren. Na 6 uren is de appelmoes klaar om gepureerd te worden. voor ’grof’ met de pureestamper. Voor gladde appelmoes kan de blender of de staafmixer van stal gehaald worden.
We kochten onze favoriete perensoort, Doyenne du Comice, bij dezelfde boomgaard. Ons kennende te veel peren om in redelijke tijd op te maken. Het nadeel van peren is dat zij snel en tegelijk rijp zijn. Hum, voldoende appels én een overmaat aan rijpe peren. Dat is een uitnodiging om peren-/appelmoes te maken.
Ingrediënten (appel-/perenmoes)
We nemen 1 kilo appels en 1 kilo peren. Ook lekker is een vleugje kaneel of koekkruiden toe te voegen, ongeveer een halve theelepel.
Het hele verhaal van appels en peren wassen, schillen, klokhuizen verwijderen en in stukjes snijden, in de slowcooker met wat water. Ook nu de slowcooker voor 6 uur op ‘Laag’. AIs de peren-/appelmoes klaar, dan nemen we de pureestamper voor een grove moes of de staafmixer voor een gladdere moes.
Als dessert of bij het hoofdgerecht, het kan allemaal. Te veel aan appelmoes of peren-/appelmoes? Invriezen voor later is heel goed mogelijk.
Die Groot Trek: die setlaars is Boere, Voortrekkers genoem en staan nou ook bekend as Afrikaners. Hulle het nie saamgestem met die status quo in die Kaapkolonie nie. ‘N Geskatte 12 000 boere het tussen 1830 en 1850 in die binneland ingetrek om hul eie republieke te begin. Dit het die boerestate geword: Oranje-Vrystaat en Transvaal. Gestig omdat die boere nie met die Engelse regime saamgestem het nie en massaal uit die Wes-Kaap verlaat het.
foto: G. S. Smithard (1873–1919); J. R. Skelton (1865–1927) – Taken from page 290 of Colvin, Ian(1909). South Africa. London: The Caxton Publishing Company. OCLC 893096.
Die boere het deur die land met bedekte waens gereis. Omdat nie alle lewensmiddele weggeneem kon word nie, moes die Boere leef van wat hulle onderweg ondervind het. Groente, kruie en knolle is daagliks versamel. Vleis is op diere gejag. Gaar aan die einde van die dag; die groot pot is oor die vuur gehang; Die vleis is eers in die pot gesit, toe het die groente en kruie gekom. Kook was ’n sosiale gebeurtenis. Die ervarings van die dag is bespreek, natuurlik terwyl jy wyn geniet. Vir gerief was daar geen roer in die pot nie. Die storie maak die ronde wat die potjiekos gekook het toe die bottel leeg was . Nu is het in Nederland niet mogelijk die groenten en knollen die de Boeren rond 1830 tijdens Die Groot Trek verzamelden voor potjiekos te bemachtigen. We zullen het moeten doen met wat in de winkel aan groenten, uien enzovoort kopen. Hierbij is het niet zo belangrijk wat voor groenten je kiest. Om toch een idee van ‘avontuur’ te creëren gebruik ik hert en wild zwijn. Van oudsher hoort bij het bereiden van potjikos een goed gesprek en een goed glas. Het is vroeg in de ochtend en ik ben alleen. Tegen mezelf praten gaat nog wel. Het goede glas moet maar uitgesteld worden tot beter geschikte tijd.
Ingrediënten 1 kg hert; 0,5 kg wild zwijn; 5 gesneden aardappelen; 3 bollen solo-knoflook; 2 gesneden uien; 1 zoete aardappel (of 4 wortelen); 250 gr bloemkoolroosjes; 1 rode en een gele paprika; 250 gr paddenstoelen naar keuze; 15 gram bruine suiker; 150 ml sinaasappelsap; 200 gram geraspte kaas; Olijfolie; Peper en zout naar eigen smaak
Het snijwerk: Eerst gaat het vlees in stukjes, niet te klein en niet te groot. De bloemkool, de broccoli, uien en de zoete aardappel eveneens niet in te kleine of te grote stukjes snijden. Overigens dient de zoete aardappel eerst geschild te worden. De knoflook pellen en de bollen in vieren snijden.
De volgende stap is het verhitten van een ruime guts olie in een braadpan, Het vlees aanbraden tot het lichtbruin is. Dit is de eerstei laag.
Dan kunnen de knoflook en gesneden uien als tweede laag bij het vlees in de pan. Nog even verder braden.
De derde laag bestaat uit de stukjes aardappel. Even mooi verdelen als laagje. De vierde etage wordt gevormd door de groenten, paprika, paddenstoelen, bruine suiker en de sinaasappelsap.
Nu alles, behalve de kaas, in de slowcooker is overgebracht, kan die aan op mijn favoriete stand ‘Laag’. Naar Boerenbegrip is de potjieskos klaar as die vleis sag is en die bottel leeg is. Dit duurt ongeveer 2,5 uur.
“As jy ernstig as ’n potjikos-voorbereider geneem wil word, is dit nie nodig om te roer of te skop nie, en om jou te verneder na beginner) Voor net die bediening moet jy net gerasperde kaas oor die potjiekos sprinkel en kan geëet word.”
Eet lekker!
(Die Groot Trek https://nl.wikipedia.org/wiki/Grote_Trek_Zuid-Afrika)
In een onbewaakt moment en bezig met facebook kwam ik de vraag tegen –meer een wanhoopskreet- hoe je een tiener met autisme kan leren koken en welke gerechten geschikt zijn als eerste stappen. En dan ga ik denken en krijg de neiging om te schrijven: Ass koken.
Maar eerst een paar begrippen voor een beter begrip en het voorkomen van klachten. In dit stuk schrijf ik ‘autist’ of ‘autisten’. Hiermee bedoel ik mensen met een aandoening in het autistisch spectrum, maar dat is zo’n lange zin. Iemand met autisme is géén ‘autist’, laat dat duidelijk zijn. Helaas wordt autisme (nog) steeds gezien als beperking. En dat is het NIET! Het is een kwaliteit. Het is niet voor niets dat de overheid mensen met autisme graag aanneemt voor functies waar erg nauwkeurig gewerkt moet worden. Daarbij zijn ‘autisten’ weinig tot nooit ziek, erg stipt en gedisciplineerd.
Koken met een ‘autist’. Wees er beducht op dat je werkelijk alles moet uitleggen en je uitleg letterlijk wordt opgevolgd. Een ‘opdracht’ als ‘snijd de prei in kleine ringen’ is te vaag; hoe groot is klein? We gaan aan de slag, maar niet voordat je hebt uitgelegd waarom je een slowcooker gebruikt, hoe een slowcooker werkt, waarom je juist dit gerecht wilt maken enz. De boodschappen heb ik dit keer zelf gedaan om tijd te sparen.
We leggen alle ingrediënten klaar in de volgorde van behandelen. De braadpan, de slowcooker, de snijplanken, de messen, spatels, vergiet en pollepel leggen we klaar. Niet vergeten te zeggen waar het snijafval en de schillen bewaard moeten worden. Het gaat beginnen!
Op het aanrecht liggen achtereenvolgens olijfolie (we hebben een ‘scheut’ nodig, maar hoeveel is dat? Even afmeten in een kopje), twee uien, drie bollen soloknoflook, een prei, 250 gram champignons, twee blikjes tomatenpuree (van 70 gram ieder), een kilo rundergehakt, ½ eetlepel tijm, ½ eetlepel oregano, ½ eetlepel marjolein, ½ eetlepel basilicum, 1400 gram tomatenblokjes (Pakjes alvast opengemaakt).
Eerst worden de bollen knoflook en de ui geschild en in kleine blokjes gesneden. (‘wat doen we dan met die andere ui?’Oja, letterlijk, de knoflook en de UIEN in kleine blokjes snijden). Daarvoor neem je een snijplank en een scherp mes. Ik doe voor hoe groot ‘klein’ is. Uitleggen duurt te lang en is niet duidelijk. Heel nauwkeurig worden de bollen knoflook en de uien in gelijke kleine blokjes gesneden. Voor het overzicht wordt het resultaat op een bord gelegd en in de wacht gezet.
Dan is het de beurt aan de prei. Een vergiet in de gootsteen gezet. De prei op de snijplank en weer voorgedaan hoe dik in de ringen wil hebben. Die ringen dan weer door vieren snijden. Zonder discussie wordt ook de prei nauwkeurig gesneden. Er komt een verontschuldiging; twee ringen zijn ‘te dik’ uitgevallen. Een ‘is niet erg’ gaat er niet in, dus een noodoplossing bedenken. De prei in het vergiet en spoelen. Voorlopig even laten staan.
De champignons in vieren snijden levert geen probleem op; eerst een stukje van het steeltje snijden en de champignon kruislings in vieren snijden.
Nu zijn we toegekomen aan het openen van het blikje tomatenpuree. Op zich niet zo’n grote handeling, maar wel van essentieel belang, dus met grote nauwkeurigheid gedaan. Het afmeten van de kruiden vergt enige tijd voor overleg; hoeveel is een halve eetlepel? Deze discussie duurt ongeveer 8 minuten voor we een compromis bereiken. Voor het gemak leggen we vier eetlepels neer om te vullen met de kruiden, voor elk kruid een aparte lepel.
De voorbereidingen zijn getroffen en we zijn toe aan de volgende stap. Maar niet voordat we een korte pauze inlassen en wat drinken. Dan kan de braadpan op het gas en het gas afgesteld op iets lager dan hoog. De olijfolie in de pan met een stukje ui. Als de ui gaat spetteren (hoe ziet dat er uit?) kunnen de blokjes ui en knoflook in de braadpan (‘nee, de volgorde maakt niet uit’). Als de ui glazig is dan kan de uitgelekte prei in de pan. Daarna de champignons en goed roeren en omscheppen wordt met graagte en aandacht gedaan. Nu kan de tomatenpuree in de pan en wederom goed roeren en omscheppen. Na enige tijd kan de gehakt erbij. Nu wordt het omscheppen zwaarder. Een stevige klus. Als alle gehakt bruin gekleurd is doen we de kruiden in de pan, terwijl er stevig omgeschept wordt. Nog even verder bakken voordat de tomatenblokjes toegevoegd mogen worden. Een lichte paniek ontstaat, is het niet teveel tomaat? Stug verder roeren zodat alles goed gemengd wordt en de rust keert weer. Het gas kan op ‘zacht’ tot het geheel goed pruttelt.
De slowcooker kan op zijn plaats worden gezet en ingesteld; op ‘Laag’ en voor zes uren. De inhoud van de braadpan wordt overgeschept in de slowcooker. Het is mij nooit gelukt om zoiets zonder morsen te doen. Hem dus wel. Opdracht geslaagd. Oja, vergeten te zeggen dat er ook nog opgeruimd moet worden. ‘Dat heb je niet gezegd, ik ben klaar’ en weg issie. Mijn eigen schuld.
Bijna leek het er op dat de winterstoofschotelrecepten in de kast konden. Bijna een hele week rond de 17 graden, de vogels al vroeg in de weer en de narcissen schoten in bloei. Het leek lente te worden. Op de boerderij van een kennis waren de schapen druk aan het lammeren. Eén schaap had vijf lammetjes, een unicum voor die boerderij. In de Buurttuin van een naburige buurt hebben we de beschikking over een moestuinbak. In december hadden we daar al knoflook en uien gepoot. De rest van de bak is ‘zaai- en pootklaar’. De bestelde zaden zijn ontvangen en liggen te popelen om naar buiten te kunnen. Plotsklaps ging het weer wat vriezen. Weliswaar niet zo veel en van korte duur, maar toch… een vleugje winter. Tijd voor een stoofschotel Hert/Wild Zwijn.
Dan maar een binnenactiviteit opgezocht. Gelukkig hebben we nog voldoende herten- en wildzwijnenvlees in de vriezer. Nog wat ontbrekende ingrediënten halen bij de lokale groenteboer en we kunnen van start.
Ingrediënten 1 kg hert; 500 gr wild zwijn; 1 rode en een groene paprika; 2 stengels bleekselderij; 2 stokken prei (alleen het wit); 2 uien; 250 gr paddenstoelen naar eigen keus; 4 bollen soloknoflook; een scheut olijfolie; Hollandse Kruiden (Euroma bij A H); 5 jeneverbessen; 500 ml wildbouillon
Laat het vlees een uur op kamertemperatuur komen en snijdt het in blokjes van 2×2 cm. Dep het vlees droog. Snijd de prei in ringen en was deze. De paprika’s kunnen in reepjes gesneden worden, die dan weer door de helft kunnen. De bleekselderij grof en de bollen knoflook in vieren snijden. De jeneverbessen even kneuzen. De paddenstoelen grof snijden. De slowcooker kan al vast voorverwarmd worden met 250 ml bouillon op ‘Hoog’. Mocht het nodig zijn dan zoveel bouillon bijvoegen dat nodig is
In een braadpan of wok een forse scheut olijfolie verhitten. Het vlees licht aanbraden, dan de uien en knoflook mee laten bakken tot de uien glazig zijn. 1 tot 2 theelepels Hollandse Kruiden toevoegen en even meebakken. Intussen is de SC op temperatuur en kan het geheel uit de braadpan de SC in. De groenten en de jeneverbessen toevoegen. Dan kan de SC op ‘Laag’ gezet worden voor een uurtje of 6 á 7. De paddenstoelen kunnen toegevoegd worden na ongeveer 5 uur. De stoof is klaar als het vlees zacht en mals is.
Voor bij de jachtschotel maak ik een puree van pastinaak en zoete aardappel. (niet in de SC) Ingrediënten voor de puree: twee pastinaken, twee zoete aardappelen, boter, creme fraise, twee bollen soloknoflook, een theelepel komijn, stukje verse gember (naar eigen smaak), snippers oude kaas.
Schil de pastinaken en zoete aardappelen. Snijd deze in blokjes. Snijdt de knoflook in vieren. De gember schillen en in kleine stukjes snijden. Doe de blokjes pastinaak en zoete aardappelen in een pan met kokend water. De groenten moeten net onder water staan en kook het gaar. Ondertussen kunnen in een steelpan met een scheut olie de gember, komijn en knoflook gebakken worden tot de ui glazig is. De oven voorverwarmen op 180 graden.
De groenten kunnen afgegoten worden en even in de pan laten staan. Nu kan alles bij elkander en gepureerd worden. Naar eigen smaak de crème fraise toevoegen voor een romige smaak. (of een klontje boter) nog even ruim bestrooien met de snippers kaas en in de oven tot de kaas gesmolten is en begint te kleuren.
Combineren met knolselderij is aan te raden. Ik neem dan iets minder dan een halve knolselderij in blokjes en laat het mee koken met de pastinaak en zoete aardappel.
Een tijdje geleden hadden vrouwlief en ik een gesprek over vroeger. Over hoe grootmoe een grote pan op een petroleumstelletje in het lavet zette om soep te trekken. Urenlang stond de pan te pruttelen en te stoven. Een petroleumstelletje was en is gevaarlijk. Niet zelden ontstond er brand (bij anderen) door een omvallend oliestelletje. En de petroleumgeur was onmiskenbaar in huis.
Na wat heen en weer gepraat en wat zoekerij op internet kwamen we op de moderne versie; een slowcooker. Wij kozen voor de Crockpot 507. Inmiddels kunnen we niet zonder. Nu kunnen we échte soep maken, échte stoofpotten; uren lang laten trekken en stoven, zonder gevaar voor brand, zonder in de pan te hoeven roeren. Alle ingrediënten in de pan, een uurtje of zes tot acht z’n gang laten gaan en klaar is de soep, het stoofpotje enz.
Inmiddels hebben we een tweede slowcooker; de Andrew James van 1,5 liter. Nu kunnen we een slowcooker aanprijzen omdat het gezond en smakelijker koken is vanwege de lage temperaturen en het gebruiksgemak. Maar voor ons geldt vooral het plezier in recepten te bedenken of om te bouwen naar slowcooking en het experimenteren met ingrediënten.
Oja, we zijn gezin van vier: vrouwtje, mannetje, twee pubers en drie honden. Jammer voor de twee uitwonende kinderen. Die moeten hun eigen stoofpotjes maar maken.
Opa (van moeders kant) was slager. Niet om zijn geld te verdienen, maar ‘omdat het kon’. Hij vond het gewoon leuk. De Haagse famielje was er niet blij mee, werken voor je geld was ‘not done’ -al gebruikten ze andere woorden. De foto’s laten een romantisch beeld zien; den ‘ijsman’ kwam blokken ijs brengen voor de (echte) ijskast in de slagerij, twee keer per week. Opa met brokken koe en varken op zijn nek om uit te benen. De werkelijkheid was anders. Heb ik mijn voorkeur voor het bereiden van mooi vlees van opa geërfd?
Niet geërfd van opa heb ik mijn voorkeur voor wild en wildschotels. Gelukkig is binnen een straal van 5 kilometer van ons huis een geweldige poelier. Wat hij niet in voorraad heeft, kan binnen enkele dagen geleverd worden. Geen diepvries, maar echt bejaagd Nederlands wild.
Ik kies voor een jachtschotel met wild. In Nederland wordt vaak jachtschotel gemaakt met rundvlees. Het liefst zie ik bij de ingrediënten meerdere soorten wild; hert, konijn en wild zwijn is een prima combinatie.
Ingrediënten 1 kilo in gelijke delen konijn, hert en wild zwijn; 300 ml verse (schenkel-) bouillon; 1 eetlepel bloem; 1 zoete aardappel; 3 rode uien (of 8 sjalotten); 4 bollen soloknoflook; 1 dikke plak ontbijtkoek; 10 jeneverbessen; 3 laurierblaadjes, 5 kruidnagels; zout en peper; boter of rijstolie; 100 gram ontbijtspek (blokjes)
Dit keer bestrooi ik het in blokjes (niet te klein) gesneden vlees en de blokjes spek met bloem. Dit gaat het makkelijkst door het vlees en spek in een stevige plastic zak te doen, bloem erbij en goed schudden. Het vlees en het spek uit de plastic zak voorzichtig op een groot bord leggen.
Rustig aan de uien (met de nerf mee in plakjes), de knoflook, het ontbijtkoek snijden. Neem hier alle tijd voor, het is immers ‘slowcooking’. Het vlees kan in de hete boter (of rijstolie voor de liefhebber) in een braadpan enkele minuten aangebraden worden. Het vlees kan dan weer op een (schoon) bord gelegd worden. De uien en knoflook fruiten.
De slowcooker staat al klaar voor ontvangst. Belangrijk is om de bouillon goed warm te maken. Dit doe ik door de Slowcooker al vast aan te zetten op ‘Hoog’ met de bouillon erin. Is de bouillon goed warm, dan gaat het vlees, uien-,knoflook- en paddenstoelenmengsel met de ontbijtkoek en de kruiden in de slowcooker. Dit mag op ‘Laag’ een uurtje of 8 stoven. Optioneel is een glas rode wijn bij te voegen zo ergens halverwege de stooftijd.
Nu kom je voor de keus te staan; bedek ik de jachtschotel met aardappelpuree en nog even in de oven? Of serveer ik de jachtschotel met de puree er naast? Ik besluit voor het laatste. Ieder kan dan naar eigen inzicht de hoeveelheid puree bepalen. Vind ik wel zo fijn.
In de meeste recepten wordt wortel verwerkt. In ons gezin is dat geen goed idee. VL is allergisch voor o.a. wortel en appel. De appel laat ik dus vervallen en de wortel vervang ik door zoete aardappel. Ik overweeg stiekem appelmoes te gebruiken om de schotel op smaak te brengen. Dat kan VL wel aan.
Mijn oma van vaders kant was een struise Amsterdams volksvrouw. Stevig van postuur, stevig van taalgebruik en stevige maaltijden bereidend. Ze had ook een volkstuin, samen met opa. Wat ze daar verbouwden moést gegeten worden, ‘we planten het niet voor Jan ***’ zei ze steevast als we wéér eens bruine bonensoep voorgeschoteld kregen. Niet dat het niet lekker was, maar wel vaak en veel.
Over haar draadjesvlees hoorde je nooit iemand klagen. Dat kon eenvoudig niet te vaak of te veel. Eén van haar geheimen was heel lang stoven op een heel laag pitje van het petroleumstel. Kwam je het huis binnen en je rook de petroleumgeur, dat wist je het al; draadjesvlees!
In een poging om die sfeer en die smaak te reproduceren maak ik met de door haar gebruikte ingrediënten draadjesvlees. Alleen de geur van de petroleum is er niet bij. Dat levert de slowcooker niet.
De bereiding heb ik van oma overgenomen, hoewel ik het vandaag de dag anders zou doen.
Ingrediënten 1 kg sukade- of doorregen runderlappen; 1 el ghee, 3 plakken ontbijtkoek; appelstroop; 2 middelgrote uien; boter (eventueel met wat olijfolie); grove mosterd; 2 laurierblaadjes; 5 kruidnagels; 500 ml runderbouillon; zout / peper
Verwarm de ghee in een grote pan met dikke bodem. Wrijf het vlees in met wat zout, de peper en de mosterd (mosterd mag wat aan de ruime kant zijn) en braad het rondom bruin. Voeg daarna de (warme of hete) bouillon en een glas rode wijn toe. Voeg de in stukken gesneden ui, de laurierblaadjesu, de kruidnagels en twee flinke eetlepels appelstroop toe. Verkruimel tot slot de plakken ontbijtkoek boven de pan Als alles in de slowcooker is overgebracht, zorg dat het vlees helemaal ondergedompeld is. Laat het geheel stoven voor een uurtje of 8 tot 12 uur op ‘Laag’.
Omdat oma de pan op een petroleumstel bereidde, moest er regelmatig gekeken worden of er genoeg vocht in de pan zat en er moest geroerd worden. Elke keer als oma in de pan keek, nam ze een slokje wijn. Want ‘wijn ken je niet lang bewaren. Dan wordt het zuur’. Dus keek ze regelmatig in de pan.
Oja, oma maakte het draadjesvlees altijd een dag van te voren, nog lekkerder.
Heb je het recept gemaakt of heb je een vraag? Laat het in de reacties weten!
Wie kent ze niet als bijgerecht, dessert of soms zelfs als maaltijd? Honderden manieren om stoofperen te maken. Vooral populair is het toevoegen van rode wijn, rode bessensap of andere toevoegingen. Om de échte smaak van de peren te proeven houd ik dit recept erg makkelijk en basic met als hoofdingrediënt: stoofperen. Want waarom allerlei dingen toevoegen, als het om de smaak van stoofperen gaat?
Neem de aantallen niet al te serieus, koken is geen exacte wetenschap.
Ingrediënten: tussen de 1 en 2 kilo Gieser Wildeman 2 kaneelstokjes, 1 tot 2 eetlepels honing.
Het zal u niet verbazen als de peren eerst geschild moeten worden. Ik laat de peren heel. Nu kunnen de peren in de slowcooker samen met water. De peren moeten nét onder water staan. De overige ingrediënten toevoegen. Let op, bij één kilo peren de lage aantallen en bij twee kilo peren de hoge aantallen uit de ingrediëntenlijst gebruiken.
De pan mag aan -natuurlijk op ‘Laag’ en het geduld wordt op de proef gesteld. In de basis zal een uurtje of zes voldoende zijn. Een uurtje meer kan geen kwaad. Gebruikt u de maximale aantallen ingrediënten, kunnen we rustig naar de acht uren op ‘laag’ gaan. Ondertussen kunnen we die dingen doen die we belangrijk vinden.
Zijn de stoofperen eenmaal klaar kunnen we ze dienen als dessert –al dan niet met ijs- of bijgerecht. Zowel warm als koud. Onze jongste vindt stoofperen zo lekker dat hij zijn maaltijd er mee doet.
error: Het is niet toegestaan deze tekst te kopiëren
Cookie Consent
Deze website maakt gebruik van cookies om uw ervaring te verbeteren terwijl u door de website navigeert. Hiervan worden de cookies die als noodzakelijk zijn gecategoriseerd, in uw browser opgeslagen, omdat ze essentieel zijn voor de werking van de basisfunctionaliteiten van de website.
We gebruiken ook cookies van derden die ons helpen analyseren en begrijpen hoe u deze website gebruikt. Deze cookies worden alleen met uw toestemming in uw browser opgeslagen. U kunt zich ook afmelden voor deze cookies.
This website uses cookies
Websites store cookies to enhance functionality and personalise your experience. You can manage your preferences, but blocking some cookies may impact site performance and services.
Essentiële cookies maken basisfuncties mogelijk en zijn noodzakelijk voor het goed functioneren van de website.
Name
Description
Duration
Cookie Preferences
This cookie is used to store the user's cookie consent preferences.
30 days
These cookies are needed for adding comments on this website.
Name
Description
Duration
comment_author
Used to track the user across multiple sessions.
Session
comment_author_email
Used to track the user across multiple sessions.
Session
comment_author_url
Used to track the user across multiple sessions.
Session
These cookies are used for managing login functionality on this website.
Name
Description
Duration
wordpress_test_cookie
Used to determine if cookies are enabled.
Session
wordpress_logged_in
Used to store logged-in users.
Persistent
wordpress_sec
Used to track the user across multiple sessions.
15 days
Statische cookies verzamelen anoniem informatie. Deze informatie helpt ons te begrijpen hoe bezoekers onze website gebruiken.
Google Analytics is a powerful tool that tracks and analyzes website traffic for informed marketing decisions.
Contains custom information set by the web developer via the _setCustomVar method in Google Analytics. This cookie is updated every time new data is sent to the Google Analytics server.
2 years after last activity
__utmx
Used to determine whether a user is included in an A / B or Multivariate test.
18 months
_ga
ID used to identify users
2 years
_gali
Used by Google Analytics to determine which links on a page are being clicked
30 seconds
_ga_
ID used to identify users
2 years
_gid
ID used to identify users for 24 hours after last activity
24 hours
_gat
Used to monitor number of Google Analytics server requests when using Google Tag Manager
1 minute
_gac_
Contains information related to marketing campaigns of the user. These are shared with Google AdWords / Google Ads when the Google Ads and Google Analytics accounts are linked together.
90 days
__utma
ID used to identify users and sessions
2 years after last activity
__utmt
Used to monitor number of Google Analytics server requests
10 minutes
__utmb
Used to distinguish new sessions and visits. This cookie is set when the GA.js javascript library is loaded and there is no existing __utmb cookie. The cookie is updated every time data is sent to the Google Analytics server.
30 minutes after last activity
__utmc
Used only with old Urchin versions of Google Analytics and not with GA.js. Was used to distinguish between new sessions and visits at the end of a session.
End of session (browser)
__utmz
Contains information about the traffic source or campaign that directed user to the website. The cookie is set when the GA.js javascript is loaded and updated when data is sent to the Google Anaytics server